Op 14 mei 2013 heeft het Franse bedrijf Carmat toestemming gekregen om het door hun ontwikkelde kunsthart in vier verschillende landen te gaan implanteren bij patiënten die in het eindstadium van hartfalen aangekomen zijn en waar geen transplantatie uitgevoerd kan worden. Deze mensen zijn in principe uitbehandeld. Een LVAD wordt aan deze patienten meestal niet gegeven zolang de LVAD nog niet de status ‘destination therapie’ gekregen heeft.
Na 15 jaar onderzoek is het CARMAT gelukt een kunsthart te ontwikkelen dat zoveel mogelijk geperfectioneerd is in de nabootsing van het menselijke hart. Er is gekeken naar de vorm, het volume, de hemocompatibiliteit (=de reactie van het bloed op het gebruikte materiaal) en de betrouwbaarheid van biologische kunstkleppen. Belangrijk onderdeel is dat het een pulserend kunsthart is, net als het biologische hart wordt de bloedsomloop met pulserende bewegingen door de aderen gestuwd, zodat de pols voelbaar is. Dit is een duidelijk verschil met een LVAD die een constante flow heeft, zodat er géén polsslag voelbaar is.