Ga naar hoofdinhoud
Nieuwsarchief 2014

LVAD in plaats van Donorhart?

Door 12 november 2014december 16th, 2020Geen reacties

Op 31 oktober 2014 publiceerde de Nederlandse Transplantatie Stichting een interview met dr. Nicolaas de Jonge van het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMCU) met als titel:

De toekomst van transplantatie: steeds kleinere steunharten

Hieronder een paar belangrijke fragmenten:

…..

In 1993 waren de pompen nog grote primitieve schijven van twaalf centimeter doorsnede, die niet langer dan twee jaar meegingen. Sinds 2006 zijn het buisjes van nog maar zo’n acht centimeter lang en gaan ze gemiddeld langer mee. Eén van onze patiënten draagt hem zelfs al vijf jaar en één patiënt in de VS tien jaar.

De kwaliteit van leven is relatief goed. Mensen kunnen ermee werken, fietsen, autorijden en op reis naar het buitenland. Ze moeten wel voorzorgsmaatregelen nemen. De accu’s waarop de pomp draait, moeten om de acht uur worden opgeladen. De patiënten dragen die ook altijd in twee tasjes om hun schouders. Een nadeel is verder dat er een kabel uit hun buik steekt die naar de accu’s loopt. Die plek in hun buik is een mogelijke bron van infectie. Bovendien verhoogt zo’n apparaat in het lichaam de kans op bloedstolling. We zien de steunharten nu nog als voorlopige tussenoplossing. De meeste patiënten krijgen na twee tot drie jaar alsnog een donorhart.’

kunstharten_web

Welke doorbraak verwacht u als eerste en op welke termijn?

……..Ik heb dan ook hogere verwachtingen van die steunharten. Die worden steeds kleiner. Er zijn nu pompjes ter grootte van een AA-batterij in ontwikkeling. Die zou je met een kleine operatie in kunnen brengen. Bovendien wordt onderzocht of er een accu onderhuids kan worden aangebracht, die dan door de huid heen moet kunnen worden opgeladen. Dan ben je van een potentiële infectiebron af. Als de ontwikkeling doorzet, worden steunharten comfortabeler voor patiënten en kunnen ze er nog langer mee leven. Ik verwacht dat die technieken over een jaar of drie, vier op de markt komen.’

Wat voor effect zal die doorbraak hebben op de praktijk van de transplantatiegeneeskunde?

‘Het zou best kunnen dat de steunharten de harttransplantaties langzaam gaan vervangen. Dat we bij patiënten met hartfalen eerst een steunhart implanteren, en pas als het echt niet langer gaat een donorhart. Groot voordeel is dat je meer patiënten kunt helpen en beter kunt plannen. Een donorhart komt altijd onverwachts, een pompje kun je – bij wijze van spreken – zo uit de kast pakken. De wachtlijst zal dan ook aanzienlijk korter worden.

….

Kijk hier voor het volledige interview